Heleen

Gestart door koning staven, juli 25, 2013, 18:14:29 PM

koning staven

Lieve Heleen.

Ik weet niet hoe ik deze brief moet beginnen. Ten eerste mijn excuus dat ik de mooie letter “W” uit het woord egowist heb gehaald. Het maakte van mij een egoist. Maar ik wist niet meer lieve Helena. Ik wist het niet meer. Ik was in d(i)e tijd al zoveel vergeten, en ik wilde zo graag vooruit, dat ik vergat wie jij was, en dat je er was. Ik mis je Heleentje, nu je terug bent naar Onze Vader, en mijn verlangen naar hem en naar jouw zijn heel groot. Toch kan ik er nog niet komen.

Ik zit op de zolderkamer van mijn luchtkasteel. En kijk uit naar de Hemel, die de Hemel niet is. Vanavond zal ik de sterren zien, en de maan. De maan waar ik jouw aan heb gekoppeld, terwijl jij het zonnekind bent. Ik zette de wereld op zijn kop Lieve Heleen. Keek met vreemde ogen naar de wereld, die voor mij de werkelijkheid werd. Gelukkig bleef jij jezelf, en hield me daardoor vooral niet op de aarde, maar in de hemel, anders zou ik nog veel meer vergeten zijn.

Ik weet niet wat ik nog meer aan je moet schrijven. Mijn gedachten lijken leeg, maar zijn ze dat ook? Misschien zijn mijn gedachten wel de zee in de schelp, alleen zitten ze gevangen in deze toren. Hoor ik een ruis dat ik niet goed kan verstaan. En inderdaad jij had ook gelijk met de schelp, daar zit de zee in gevangen. Een goddelijke bron, met daarom heen een verharding. Eigenlijk net zoiets als de mens.

Lieve Lieve Heleen, zijn de enige woorden die in mij opkomen, en ik zie je weer op het strand, druk pratend met de koningin Kelken. De zon schijnt, en ik zit op de rots. Misschien heb ik uit dit woord ook wel een letter uitgerukt en is het geen rots maar een trots. Ik was trots, op mijzelf, op hetgeen ik wist, of dacht te weten. Want als ik  zo na ga ben ik maar schots en scheef met de letters omgegaan. Schots en scheef, de golven die aanspoelde op het strand. Daar kon ik van genieten. De kracht van het water, maar mijn trots waar ik boven op zat, bleef overeind.

Ik hoor je nu zeggen Gekke Lieve Maria, en ik zie de lach op je gezicht. En elke keer als ik jouw lach zie Heleen, komt er een lach op mijn gezicht.

Ik heb nog een reis (terug) te maken Heleen. Ik ben onderweg, maar ik ben er nog niet. Maar op een dag, en ik hoop heel snel, zal ik mijn armen om je heen slaan, je gezicht bedekken met al mijn kussen, en dan vertel ik dat  ik zielsveel van je hou.

Liefs
Maria.

koning staven

Hallo Maria.

Hallo koning Staven.
(stilte).

Wil je weer praten Maria, of ben je nog steeds boos?
(stilte)

Nee koning ik ben niet meer boos. Maar ik vind het moeilijk om het verhaal te vertellen. Het is/was zoveel koning van de staven, zoveel. En ik weet niet waar het begon, waar het eindigde, ook niet of het al geëindigd is. Ik zou bijna zeggen, hoe rond is een cirkel, hoe vaak kun je een eiland rond?

Ja Maria, draaien, draaien, draaien.
(stilte)

Noord-Oost-Zuid-West.

We hebben ruzie gehad Maria. Jouw lucht, mijn vuur. De andere koninkrijken moesten te hulp schieten anders hadden we het hele koninkrijk platgebrand.
Jij zat vast in een toren, gevangen. En ik wilde je komen redden. Wilde U dat echt Koning? Of deed U alsof U mij wilde redden? Het enige wat U deed, op mijn kleine eilandje, waar ik opgesloten zat in de toren, vuurtje stoken. Het was een warme dag, liever gezegd een hele hete dag. Een dag in de woestijn. Ik wilde je echt helpen Maria. Maar jij irriteerde mij iedere keer weer, zodat mijn kroon iedere keer begon op te laaien. Je was precies je moeder, toen ze op bezoek kwam in het vuurpaleis.
(stilte)

Ik had lucht nodig koning. En ik was me aan het ontluchten, om koelte in mijn eigen torenkamertje te blazen. (voor kraai, het was frisse wind). Ja, de kraai Maria, die vloog ook elke keer om je toren. Hij wou je  een glimmertje komen brengen. Maar jij sloeg elke keer naar de kraai alsof hij ongedierte was. Hij zag ervoor mij uit als een vampier Koning Staven. Inderdaad ik heb een knoflookgordijn opgehangen om hem te verjagen.

Zullen we het verhaal vertellen, Zodat het begrijpelijk word. Moeilijk koning want waar is het begin. Ik ben in een ander topic tegen een eiland op gebotst. Een eiland wat ik schijnbaar nodig had. Maar is dat het begin van mijn verhaal? Voor mij begint het verhaal op de bewuste dag, op het moment dat ik mijn dagkaart trek.
Ik zal ze weer even opzoeken. Staven 7 met als hulpkaart de ridder van het vuur, Uw ridder koning, ridder van de staven. Ik ben de kaarten aan het bestuderen, en ik vraag me af waartegen ik mijzelf aan het verdedigen ben, of tegen aan het vechten. De vraag die  daardoor in mij opkwam is, wat zijn die 6 staven dan. Makkelijk de kaart staven 6. Kaart uit de stok gepakt. En als je die kaart eronder legt, de poppetjes eraf knipt, kunnen dat de staven zijn waartegen je vecht. Dus ik ben mijn eigen triomfen aan het bevechten, op een hoog punt, omdat ik niet zie wat er beneden gebeurd. Vreemde bezigheid. Nu heb ik mystieke lenormand kaarten, dus ik haalde daar de kaart “de toren”  eruit. Hierop zie je een eiland met een stenen grijze toren, bovenin  zit een “koningin” gevangen, (ik koppelde meteen mijzelf erin vast), en kijkt uit het raam. Daarom heen vliegen prehistorische vogels. De toren bestaat uit 3 lagen. Ik legde de toren naast de twee kaarten, staven 7 en staven 6. Er zijn 3 lagen, dus ik leg staven 5 onder staven 6. De toren is compleet. Ik  ben bezig geweest om dingen op te bouwen, triomf tochten erover gevierd, maar val iedere keer mijn eigen maaksels weer aan.

Uit de gezichten van Boeddha.
Koningen houden hun zegetochten. Generaals vieren hun triomfen. Maar zelfs een groot generaal, ontmoet eens zijn Waterloo, zijn ondergang. Een triomfmars blijkt op den duur altijd op pochen neer te komen. Welke overwinning je ook behaald ze worden altijd achterhaald.

En daar zat ik in mijn toren, toe te kijken. Ik kon geen kant op. Ik zat vast. Het werd warmer en warmer. En daar zag ik mijn hulpkaart liggen. De ridder Staven. Ik keek naar de kaart. En wist niet wat ik ervan moest denken. Dus ik riep U hulp in koning. Nou, nou Maria, je riep mijn hulp in? Je riep woedend naar mij, wat voor armzalig riddertje moet mij nu weer komen helpen, koning Staven. De uwe? Is dat wel een ridder, hij straalt weinig mannelijkheid uit, koning, volgens mij heeft hij lipstick op. En dat paard, word het wel vooruit gestuurd, of houdt hij die zich in? Mijn kroon begon direct te vlammen, zodat het nog heter werd op jouw eiland.

Nu lach je Maria, toen niet. Het is ook zo leuk, om met U vuur te spelen koning. Ja Maria dat klopt maar niet op een hete dag, als je gevangen zit in een toren. Dan komen er zo rookwolken uit ieders oren.

U stond op van u troon en riep naar me, Kan je eigen vader het beter dan. Nu weet ik wel dat U de koning zwaarden bedoeld (die niet helemaal mijn vader is), de koning zwaarden werd er meteen bijgehaald. Hij zuchtte Zit er nu weer een prinses gevangen in een toren. Dit keer is het uw eigen dochter, koning van de zwaarden, Maria. Met die mededeling kwam mijn vader direct met zijn beste ridder. De koning staven en de ridder staven, werden meteen opzij geblazen. De ridder stak het woeste water over, om mij te kunnen redden. Lacht U maar koning staven. De ridder stond onder mijn toren, met zijn zwaard. Hij vroeg: waar is de doornenstruik die ik kan kappen Maria, om je te redden?  Uhh ridder van zwaarden, foute verhaal. Maar Maria, ik bevrijd alleen maar prinsessen die hoog in de toren opgesloten zitten, en waar wat onkruid omheen groeit. De ridder droop af, terwijl U niet meer bijkwam van het lachen zodat u kroon nog meer warmte afstraalde.

Gelukkig is mijn vader een man met verstand. Hij opperde meteen dat alle koninkrijken ten hulp moesten komen. En direct kwamen koning kelken en pentakels met hun ridders eraan. Iedereen wilde helpen, maar niemand wist hoe. Eerst werd er een plan opgesteld. Welke positie om tot aanval over te gaan. Op welke plek moest ieder koninkrijk te komen liggen? 1 koninkrijk was duidelijk, lucht komt op Noord. En daarna? Het gevecht ging tussen lucht en vuur, dus zou de koning staven op de zuidelijke plek moeten komen liggen. Maar dat klopte astrologisch gezien niet met Maria-Heleen. De koningen gingen rond-rond-rond. Als wieken van een molen. Malen-malen-malen. En ik Maria bleef opgesloten in de toren. Alle posities zijn geprobeerd, geen enkel ridder kon de mooie Maria uit haar toren bevrijden. Maria was woest. Maar onder een laag van boosheid, gaat ook veel verdriet gepaard. De ridder kelken deed nog een poging zijn beker aan Maria aan te reiken. Helaas de toren was te hoog.

Dan besluit ik, Maria om zelf de touwtjes maar weer in handen te nemen. Als de tarotkaarten mij maar niet kunnen redden, dan maar hulp zoeken bij lenormand. Tenslotte zit ik in hun toren opgesloten. Ik trek er 2 kaarten bij en leg die onder mijn toren.
11 roede, 23 muizen.
Roede bij de mystieke lenormandkaarten zie je een man die zichzelf staat af te ranselen met een zweep. Zijn kamer is verlicht, door 1 kaars met een duidelijk vuur. Een rozenkrans, een kruis, een schilderij van een heilige, en een stukje van zijn bed. Ik denk dat het een monnik is.
Buiten fladdert er een vleermuis, volgens mij zijn die 2 in gesprek. En in mijn gedachten zegt de vleermuis tegen de man “wat ben jij nou aan het doen?” En de man zegt, weet ik veel, dit doe ik elke dag. “waarom?”, vraagt de vleermuis. Nou gewoon, dat moet.
23 muizen.
3 muizen zitten in een keldertje opgesloten, te smikkelen van een stuk kaas. er brand een klein kaarsje. Het zijn grijze muisjes, dus het zou niet beduidend moeten zijn. Volgens mij hebben ze het wel gezellig. Ze worden gezien als ongedierte, maar daar trekken de 3 muisjes zich niets van aan.

Tja wat dan, de toren is dus opgebouwd uit 3 etage, onder mij staat man zichzelf af te ranselen, die een (goed) gesprek is aangegaan met een vleermuis. En daaronder wonen 3 kleine muisjes, die schijnbaar geen last hebben van alles wat erboven gebeurd. Hier kom ik niet verder mee.
Het enige wat ik kan bedenken is dat 1 van de muisjes, vleermuis is geworden, naar boven is gefladderd, om de man op de 2de etage te komen helpen met goed advies. Om mijn toren fladderen ook allemaal vogels, wat willen die vogels. Om mezelf te ontspannen, ben ik gaan lezen op het forum. En wat gebeurd er Kraai biedt een glimmertje aan. Ik ga kijken. Woedend heb ik het afgezet. Dat is geen glimmertje Vleermuis, dat is pijn. Maar ja als een kraai je een glimmertje aan bied, dan moet er toch iets glanzen. In 3 delen heb ik het afgekeken. Toen was ik op. Ik kon niet meer.
(wordt vervolgd)

koning staven

Word vervolgd. Maar hoe koning staven. Weet U het verhaal nog, en alles wat er gebeurde?

Het eiland, de toren, de man met de ransel. De 4 koningen met ridders, die maar voor mijn raampje ronddanste. Ze deden erg hun best mij te bevrijden. Ik lag wanhopig op mijn bed. Ach ondertussen waaide wij wat koele wind bij je naar binnen door dat draaien, Maria en daar friste je wat van op.

Maar ik zat/zit nog steeds vast, koning. Ja Maria dat klopt, en dat is lastig. Maar dat komt ook omdat je verhaal nog niet is afgelopen. Nee maar ik weet de afloop van het verhaal  helemaal niet. Het gekke is, ik weet het middenstuk niet eens, net zomin als het begin. Er gebeurd zoveel, en ik doe zo weinig. Maar wat kan je anders doen op een klein zolderkamertje als wachten.

Het glimmertje van kraai, ik keek ernaar om mij te ontspannen.  De vrouw op de video, die het had over haar gave. Het deed mij pijn, pijn die op dat moment er niet bij kon gebruiken. De woorden “Als je er maar bent, is voldoende”. Waar bent, schreeuwde ik uit. Ik ben altijd overal, maar nooit op de goede plek! Of misschien ben ik op de goede plek, maar wil ik daar niet zijn. Ik wil er niet zijn. Ik had toch een eigen wil. Ik ben er genoeg geweest.

Ik begreep mijn eigen woorden  niet helemaal, maar het schreeuwen luchtte wel op. Wat is er Maria riepen de 4 koningen tegelijkertijd. Ik antwoordde niet. Ik ging maar weer naar het glimmertje kijken.
De pats, onder de behandeling van de vrouw, ik voelde de pijn mee. En voor de 2de keer werd ik ontzettend boos. Weer riepen de koningen Wat is er Maria. Ik zei niets terug.

U deed met zijn vieren (oftewel met zijn achten) uw best mijn torenkamer te laten afkoelen, en het werd avond. De sterren stonden aan de hemel. Ik keek ernaar, en dacht terug aan de sterrevrouw. Was ik dat ooit geweest? Was daar mijn reis ooit begonnen? Ik dacht aan Heleen, ik dacht aan U koning staven. Ik dacht aan God. Ik dacht aan moeder Aarde. Waarom, was het enige wat ik me kon bedenken. Waarom ben ik naar de Aarde toe gegaan. Ik was gelukkig in de ruimte. Geen wonder dat ik altijd op het hoogste puntje in de lucht wil zijn. Ik verlang daarna, naar mijn plekje tussen de sterren. Ik keek het laatste stuk van het Glimmertje af.

koning staven

Dag Maria.
Hallo koning staven bent u daar weer. Ja Maria, daar ben ik weer maar ook als je dagkaart. Klopt ik had u vandaag als dagkaart, maar u was niet alleen. Nee koning kelken had zich uit de stok weten te wrikken, en komt ook op bezoek. We zijn het wapperen rondom je toren wel een beetje beu Maria, je zegt niets meer tegen ons. Nee ik ben stil. Ik weet niet meer wat ik moet zeggen. Waarom maak je het verhaal niet af. Omdat ik het verhaal niet ken koning staven. Het is leeg van binnen.

(stilte)

Ik was in de overtuiging dat ik op de goede weg was koning. Op zoek naar mijn vader. Sommige beelden waren heel helder. De eenheid de fragmentatie, het afgescheiden zijn. Het zoeken, door bepaalde zaken heen kijken. Maar toch heb ik het gevoel dat ik iedere keer op hetzelfde punt uit kom. Het punt van het niet weten. De Ego die wist. Ik wist, ik weet en ik weet iedere keer weer niet. Dat is vermoeiend. De 4 koningen, de 4 elementen water, vuur, aarde, lucht. De balans erin. De wieken van mijn molen. Het draait, het maalt maar tot wat koning?

(stilte)

Ik zie, ik zie wat jij niet ziet. Wat zie je dan? Een koekenpan. Een raadspelletje uit mijn jeugd. En ik weet niet eens waarom ik deze tekst hier neer type.

Mijn droom van het eiland waar ik tegen aanbotste. Uiteindelijk vast te zitten op het eiland. De toren. Het gevoel van overwinning, ik wist plotseling weer. Na aanleiding van Ricca las ik over een ridder met een windbuidel, helaas heb ik het stuk niet opgeslagen, en had het gevoel weer vooruit te komen. Het samenwerken tussen de elementen is dus belangrijk. De ridder staven zou mij kunnen redden, samen met de buidel van wind, dus lucht. Ik blij, ik zou verlos worden van deze toren. Ik had mijn feesthoed al op, en de toeter in mijn mond. Maar er gebeurde weinig. Het enige wat u deed was malen, en malen, en malen.

Dus nu ben je boos Maria? Niet boos, teleurgesteld. Het was zo simpel. Uw ridder, en de ridder van lucht samen, en boem de toren om.

Tja helaas Maria, zo is het niet verlopen. Je zit nog steeds hier in je toren, alleen je praat niet meer.
Nee ik zit geduldig te wachten, kan ook niet veel anders. De kunst van het Niet-doen. Nu valt er hier weinig te doen, als af en toe een kaartje trekken, en uit het torenraam staren, om te kijken of er nog iemand voorbij komt vliegen. Maar vandaag komt U op bezoek, hoewel u al de hele tijd aanwezig bent geweest, samen met de koning Kelken. Vuur en water. Vuur kan water laten koken, ik heb wel zin in thee.
Je kan gewoon een waterkoker gebruiken Maria, je hoeft mij niet tegen de koning kelken op te stoken. Je lacht Maria, soms…. Is het verwonderlijk dat je een luchtkind bent. Ascendant boogschutter koning, plus leeuw in mars, dus ik ken het vuur.
Thee koning. Ja lekker Maria, graag met suiker ik ben een zoete kauw. U ook thee koning Kelken. Graag Maria.

(stilte)

Het blijft wel erg lang stil. Ik weet absoluut niet wat ik tegen de koning moet zeggen. De koning van het water, de koning van de emotie. Ik ben al zolang in het luchtkasteel geweest, wat moet ik daar mee. Ook de koning lijkt niet op zijn gemak. Ik wilde niet zomaar binnen vallen Maria. Ik weet dat het niet beleefd is zomaar uit de stok te springen, maar toch vind ik het noodzakelijk je te ontmoeten.
Oké koning kelken, u bent natuurlijk hartelijk welkom in mijn nederige toren. Wat lijkt ze toch op de koningin zwaarden, zegt koning staven. Altijd de juiste woorden. Ja, ja koning staven dat klopt, altijd weer de juiste woorden. Maar verstand staat vaak recht tegenover gevoel, en Maria verwaarloost  mijn koninkrijk, ze is het in geen jaren meer komen bezoeken. Dat is niet waar koning, ik heb op sommige moeilijke dagen uw kasteel wel degelijk bezocht, zo kort mogelijk gebleven, maar ik kwam zo af en toe wel. Alleen U zag mij nooit, U dobberde met uw troon op de zee. Dat komt Maria omdat je je altijd verborgen weet te houden. Je zit altijd in de kleinste hoekje van mij paleis.

(stilte)

Dat zegt U koning Kelken. Maar U zag mij nooit. Heleen was de favoriet. Het kind van het waterpaleis, zij paste prima in U paleis. Ik was te koud, te afstandelijk. Ja koning ik ben koud ik ben afstandelijk, ik beredeneer alles, ik laat me niet gaan. Hoogstens op een vuurmanier. Maar een tranendal niets voor mij. Water brrrr.

(stilte)

Toch heb je ons nu nodig Maria. Koning staven en koning zwaarden redden het niet om je uit de toren te redden. 

heleen

#19
 ;D

koning staven

Daar zitten we dan, in mijn kleine torenkamertje. De koning Staven, de koning Kelken, en ik Maria. Het gesprek is vastgelopen, mijn vader en koning staven kunnen mij niet helpen uit deze toren. Dus de koning kelken biedt mij zijn hulp aan. Nu ben ik niet zo goed bevriend met het waterpaleis, maar ik wil wel uit deze toren. Het gesprek zit vast, zelf koning Staven zegt niets meer. En ik, ik weet al helemaal niet wat ik moet zeggen. De koning kelken kijkt voor zich uit. Het wordt steeds warmer in de toren, en bij mij willen er geen woorden te binnen schieten die de stilte zouden kunnen verbreken.

Citaat van: koning staven op augustus 29, 2013, 18:44:14 PM
Dag Maria.
Toch heb je ons nu nodig Maria. Koning staven en koning zwaarden redden het niet om je uit de toren te redden. 


De woorden gonzen nog door de torenkamer. En wat moet ik zeggen. Jammer, dan blijf ik hier wel zitten? Dat is geen optie. Ik kijk koning staven aan. Hij schraapt zijn keel. Dat klopt Maria, koning zwaarden en ik kunnen je niet redden uit deze situatie. Daar zijn nu eenmaal alle 4 de koninkrijken voor nodig. Ik weet dat je de dochter bent van het luchtpaleis, ik weet dat je het waterrijk negeert, maar ik weet ook Maria dat er achter het verstandelijke karakter van je een gevoelig iemand schuil gaat. Koning kelken is nu eenmaal de koning van de emoties.

(stilte)

Ik weet nog steeds niet wat ik moet zeggen. De koning Kelken, het waterrijk. Dat is enkel en alleen nattigheid. U houdt toch ook niet van het waterrijk koning Staven. U zat flink te balen toen bekers 7 langskwam in Uw paleis. Nattigheid in mijn paleis, nee daar houd ik niet van Maria. Maar de koning kelken en ik zijn wel bevriend met elkaar. We ontmoeten elkaar buiten bij de zee, op een zonnige dag. De koning kelken heeft dan geen last van mijn vuur, en ik niet van zijn water. En dan zijn we een prima combinatie. De koning Kelken knikt. En weer weet ik niet wat ik moet zeggen.

Ik voel langzaam woede in me op komen. Hier zit ik dan, vast met een koning waarvan ik niet weet hoe ik daar mee om moet gaan. En koning kelken zegt helemaal niets. Alle woorden die mij te binnen schieten zijn te arrogant om uit te spreken. Ik weet zelfs niet of ik me wel zou kunnen beheersen

Maria, je bent stil, zegt de koning Kelken. Ik kijk hem aan. Inderdaad koning ik weet niet wat ik zou moeten zeggen. Misschien zou U het gesprek kunnen beginnen. Maar Maria jij bent de dochter van het luchtkasteel, aan woorden niet te kort zou je dan denken. Ik kijk de koning woedend aan. Boos Maria? Ik kijk de koning aan, volgens mij valt boosheid onder het element vuur koning. Dat klopt Maria, vlammende woede valt inderdaad onder mijn collega koning Staven. Maar onder woede ligt ook een laag verdriet, en dat behoort mijn koninkrijk toe.

Waarom Maria, waarom houd je verdriet tegen. Waarom houdt jij het element water tegen om te stromen. Lucht is jouw domein, met vuur wil je nog wel spelen, maar water daar wil je niets van weten. En toch heb je  1 hele belangrijke planeet (die je Heleen hebt toegekend, maar hij is van jouw) de maan  in mijn koninkrijk. Maan in vissen. Je weet heel goed wat emoties zijn Maria.

Ja koning kelken ik weet heel goed wat emoties zijn. Ik weet heel goed wat voelen is. En mijn God wat zou ik dit graag niet willen weten. En koning ik weet allang dat ik niet zonder mijn emotie kan, en dat het ook positieve dingen heeft, maar ik ervaar het vaak anders. De zweepslagen van de man onder ons, de pijn die hij voelt, hoewel hij het zichzelf aandoet. Is de pijn die ik voel bij emoties. Maar ook jij doet dat jezelf aan Maria, door emoties niet toe te laten, beuken de golven van verdriet tegen je lichaam, en dat ervaar jij als pijn. Maar mijn golven kunnen ook zacht zijn Maria. Als je vertrouwen hebt als ze komen aangerold. Maar jouw harde blik verstijfd mijn golf, zodat hij met alle kracht tegen jouw op beukt.

Misschien zou U beter tegen mijn toren aankunnen beuken koning Kelken. Weet je Maria, jij bent deze toren. Ik zou er inderdaad tegenaan kunnen beuken, jij zou de pijn voelen, nog bozer worden en het water nog meer af gaan wijzen. Maar ik zou ook tussen de voegen van het cement kunnen sijpelen Maria, en met zachte golven tegen je toren aan kunnen beuken. Ik zou het niet 1-2-3 om kunnen krijgen, maar de toren zou wel verzwakken. Het zou een begin kunnen zijn Maria, maar dan moet jij mij wel toelaten.

koning staven

Dag jongen pentakels 7, waar sta je naar te kijken? Ach dag Maria. Ik kijk naar de pentakel die op de grond is gevallen. Het is een hele mooie pentakel. Wat doe jij hier Maria, en waarom kom je niet naar buiten. Geen zin pentakel jongen. Maar je mag wel bij mij boven komen, tenslotte was jij gisteren mijn dagkaart. Klopt Maria, ik dacht ga eens bij Maria op bezoek, ik heb gehoord dat je vast zit in de toren, en dat je graag bevrijd wil worden, maar dat het de koningen nog steeds niet lukt je te bevrijden. Klopt ik zit hier nog steeds. Hoewel alle koningen hun uiterste best doen om mij te bevrijden. Geduld Maria, zeggen de koningen. Ja Maria dat ken ik geduld. Ik moet ook altijd veel geduld hebben. Een zaadje komt niet zomaar uit. Maar als er weer een pentakel op de grond valt Maria, dan ben ik blij. En dit keer was het een hele mooie pentakel, Hij glanst in het zonlicht. Ik zag hele mooie kleuren, maar dan moet je wel heel goed kijken Maria, anders zie je alleen een gele pentakel. Je lacht Maria. Ja ik moest lachten, je kijkt zo lief als je over de pentakel verteld. Ik had pas geleden een droom, een droom over afbakbroodjes. Ik vond het een hele vreemde droom, daarom ben ik terug gegaan naar de droom, om te kijken wat die afbakbroodjes precies waren. Ik kwam weer bij het bosrand, en ik knielde ernaar om te kijken. Ook ik zag ook hele mooie kleuren Pentakel jongen. Alleen snapte ik het zaad niet en wat ik zag. Ik weet niet wat voor plant er uit zo’n zaad kan groeien pentakel jongen. Ineens stel ik me een hele grote plant voor, een bonenstaak. Dan kan ik de hemel in klimmen als ik uit deze toren verlost ben. Ga jij dan met mij mee pentakel jongen, want alleen vind ik het eng. Best Maria, ik houd wel van avontuur. Maar nu ben ik het zaad kwijt pentakel jongen, het ligt ergens in mijn droomwereld. Ach Maria je vind het zaadje wel weer terug. Dat weet ik pentakel jongen maar ik moet geduld hebben. En dat vind ik moeilijk. Als je ergens op moet wachten Maria, moet je jezelf afleiden. Als ik zaadjes heb geplant, en ik ben klaar met het werk, ga ik tegen een boom aanzitten, en bedenk de mooiste verhalen. Maar dat lukt me nu niet pentakel jongen, ik kan geen verhalen meer verzinnen. Daarom zit ik ook in deze toren.

Misschien kunnen we een spelletje doen Maria, ik heb gehoord dat jij altijd heel veel spelletjes verzint. Dat deed ik vroegen inderdaad pentakel jongen, maar helaas dat lukt me nu ook niet. Het lijkt wel of ook mijn lucht vast is gelopen. Hoewel ik wel zin heb in een spelletje.
Dan proberen we toch wat Maria. Wat dan Pentakel jongen.
Vreemde woorden puzzel. Wat, wat is vreemde woorden puzzel. Nou jij verzint 10 woorden en ik verzin 10 woorden, en we proberen daar een woord van te maken. Jij mag niet bij mij kijken, en ik niet bij jouw. Vind je het goed. We gaan het proberen jongen. Kijken of het lukt. Moet ik een woord verzinnen wat niet bestaat? Of woorden uit een boek halen. Laten we woorden uit een boek halen

Waarheid â€" stroomt-ons-leeft-andere-is-in-gegeven-wat-eigen (maria)
Afgeleid-ik-de-steenbok-me-wel-die-maak-beestje-zou (pentakel jongen)

En nu woorden maken pentakel jongen. Ik zie al een leuke waarheidbeestje. Leuk Maria. Nu jij pentakel jongen. Er zitten veel woorden in Maria die we niet kunnen gebruiken, maar we zouden wel zinnen kunnen maken met de woorden.
Eerst mijn zin Maria? Prima pentakel jongen.

Ik maak  me die steenbok zou wel de beestje afgeleid

Mooie zin Pentakel jongen.

In ons gegeven waarheid stroomt  wat andere leeft eigen is.

Zie je Maria dat je nog steeds tot verzinnen in staat bent. Best een mooie zin die ik heb gemaakt.

In ons gegeven waarheid stroomt  wat andere leeft eigen is.

Misschien was het dat wel wat ik in mijn droom zag, wat er ronddreef in het zaadje. Mijn gegeven waarheid, het stromen van de kleuren, wat ander leeft eigen is. (uiteindelijk zijn alle personen in de droom uiteindelijk IK.). Dank je wel Lieve Pentakel jongen voor dit spelletje, en weet jij hoe ik jouw ga noemen Waarheidsbeestje, klinkt leuker dan pentakel jongen.

koning staven


In ons gegeven waarheid stroomt  wat andere leeft eigen is.

Dag Engel van het oordeel. Dag Maria. Snapt U die zin?

Je hebt het over de waarheid Maria. Ja engel ik heb het over de waarheid, de universele waarheid. De waarheid van Liefde, hoe moeilijk ik die ook vind. Liefde is alles behalve angst, maar meestal voel ik meer angst dan Liefde. Vertrouwen, geloven moeilijke begrippen in dit aardse paradijs.

Dan zie ik U kaart, en u blaast met U trompet naar de kleine zieltjes op de aarde, die met hun kisten op het water drijven. De zieltjes strekken hun armen uit om gered te worden. Maar lukt het de zieltje ook om uit hun benarde positie zichzelf te bevrijden? 6 personen, man vrouw en kind.  Als ik zou fantaseren zouden de mensen op zee rond kunnen drijven in een cirkel. (stroming)

Maria, Maria red ons hoor ik de zieltjes roepen. Wij willen opstijgen, wij willen bevrijd worden uit deze situatie. En daar zit ik dan, ik heb niet de mogelijkheden deze zieltjes te redden. Ik kan alleen toekijken, en voel met ze mee. (wat ander leeft eigen is)

Jij hebt inderdaad niet de mogelijkheid om zieltjes te laten opstijgen Maria. Dat is de keuze van de zieltjes zelf. Maar ik beloof je Maria dat ieder zieltje gered zal worden. Dat is de waarheid.


koning staven

Dag ridder staven ;D
Gezellig dat jij vandaag langs komt. Kom boven drinken we gezellig thee. Zo Maria wat ben jij enthousiast. Ja ridder staven, vind het wel gezellig. De laatste tijd veel serieus bezoek gehad, dus een vuurridder is welkom. Nou Maria pas geleden lachte jij mij anders nog uit. Sorry ridder het was niet zo bedoeld. Ik zat vast in de toren, kon het niet zo goed accepteren, en ik vind het altijd wel leuk de koning staven een beetje te plagen. Maar kom boven, en neem je paardje maar mee. kan hij gezellig op mijn vloerkleedje liggen. Let wel goed op de wenteltrap naar boven, het is nogal smalletjes. Zo daar ben je dan. Nog de muizen en de monnik tegengekomen? Nee Maria ik ze alle 4 niet gezien, gelukkig anders zou mijn paard kunnen schrikken van de muizen, en hij heeft nogal een temperament. Je lacht Maria. Dat is vuur eigen ridder. Je hoeft niet zo verlegen te kijken. Ik word nogal onzeker van je Maria. Waarom ridder. Je bent de dochter van het luchtkasteel Maria, dat is voor ons ridders een hoge rang. De prinses van het lucht. Ach ridder, ik ben de aangenomen dochter van mijn moeder. Ik ben niet in het luchtkasteel geboren. Toch sta je hoog in aanzien Maria. En vuur en lucht, een gevaarlijke combi. De koning heeft je gewaarschuwd Ridder? Je bloost. Nou niet echt gewaarschuwd Maria, maar..... Ja wat maar ridder. Je bent wel door hem aangesproken. Nu bloos je nog harder. Je hoeft het me niet te vertellen hoor ridder. Hij heeft gezegd dat je nogal scherp bent in je opmerkingen Maria, en dat ik niet met mijn vuur moet laten spelen, omdat anders de hele toren in de fik kan vliegen. En als jouw iets overkomt dan is er bonje tussen de 2 koninkrijken, en zijn we bang voor een 2de ongeluk.

Nou dan zullen we maar zorgen dat er geen ongelukken gebeuren hier boven. Zet je staaf even in de hoek, je zwaait er iedere keer zo gevaarlijk mee. Sorry Maria, ik zal het doen. Waarom is de koning staven bang ridder. Het was niet de bedoeling Maria dat jij hier vast zou komen te zitten. Koning zwaarden was er niet blij mee, en je moeder de koningin al helemaal niet. Hoe kon dit nou gebeuren koning Staven, vroeg je moeder. Jij hebt dit jaar de leiding over Maria, en niets dan narigheid. Eerst het ongeluk op het luchtkasteel, de val van mijn man en mijzelf. Gelukkig zijn we zacht geland, maar het heeft ons koninkrijk in rep en roer gebracht. Daarna de vermissing van Heleen. Een topic dat zonder pardon gesloten werd. De kranten hebben er bol van gestaan. En nu Maria vast in de toren. En de koningen plus ridders zijn tot nu toe nog niet in staat geweest haar  te bevrijden. Je moeder was erg scherp in de bewoordingen naar mijn koning. Koning staven kon niets anders dan stotteren en hakkelen. Sorry koningin, maar wat moest hij zeggen. Die dochter van U is ook zo koppig en eigenwijs. Nee dat durfde de koning niet.

Je lacht Maria. Ja ridder ik kan niet anders. Ik ken de koning Staven niet anders dan een felle persoonlijkheid, die ook niet op zijn mondje gevallen is. Hakkelend en stotterend, nee dat kan ik mij niet voorstellen. Hoe goed ken jij mijn koning Maria?

Dat weet ik niet ridder. Ik weet niet hoe goed ik de koning ken. We hebben nogal de neiging om ruzie met elkaar te maken. In de vorige topic toen Heleen nog bij me was, hadden we minder bonje met elkaar. Maar ik zie koning staven ook als de vader van Heleen. En heleen houdt van de koning. Vleit haar lichaampje altijd tegen hem aan. En dan zitten ze daar gezellig, samen naast elkaar, zijn armen om Heleen heen. Maar dat is Heleen, dat is niet Maria. Nu lach jij ridder staven. Sorry Maria, ik zou me niet kunnen voorstellen dat mijn koning een arm om jouw heen zou slaan. De rook zou uit jouw oren komen, en je zou de kroon van mijn koning over zijn oren trekken. Ridder toch. Ik ben niet gewelddadig, en we schrijven nu op een spiritueel forum dus geweld is uitgesloten.

Mis je Heleen Maria. Ja ridder ik mis Heleen. Ik mis haar zachtheid, ik mis haar kinderlijke spontane kijk op situaties. Jij kent Heleen toch? Maria iedereen in het vuur koninkrijk kent Heleen. Zij is de dochter van onze koning! Zoals jij de dochter bent van de koningin zwaarden. En jouw kennen we ook allemaal. Vooral omdat jij met Heleen verbonden bent. Maria-Heleen. En zo zijn de 2 koninkrijken met elkaar verbonden. Een schrik toen koning staven jullie/jouw jaarkaart werd. Er was rep en roer in beide koninkrijken. Want koning staven zou dit jaar een belangrijke rol in jullie/jouw leven moeten spelen. In het leven van Heleen zou dit geen probleem zijn, maar in jouw leven, Maria, als dochter van het luchtkasteel zou het een probleem kunnen worden. De balans was duidelijk weg door deze jaarkaart. De koning staven moest ook een rol in jouw leven spelen. De koning heeft dagen strak op zijn troon gezeten. Ik moet dit jaar niet alleen de vader van Heleen zijn, maar ook de vader van Maria. Het zweet stond op zijn voorhoofd. Ook de koningin staven schrok enorm van dit nieuws. Maria, de dochter van koningin zwaarden, dit jaar jouw dochter. Ben ik dan zo vreselijk ridder.
Nee, nee Maria zo bedoel ik het niet. Maar jij en je moeder zijn nogal aan elkaar verknocht. 2 handen op 1 buik. Jullie lijken op elkaar. En de relatie tussen koning Staven en je moeder, is ook vaak, hoe moet ik het noemen. Mijn moeder zegt regelmatig waar het op staat, ridder. Anders dan de koning zwaarden die bedachtzamer is, en kan daardoor bazig uit de hoek komen. Maar ze meent het niet ridder. Ze is beschermend naar mij toe. Zij geeft liefde op een andere manier als op het vuurpaleis. Het is verstandelijker. Daardoor lijkt het koeler, maar ik weet dat mijn moeder heel veel van mij houd. Zoals koning staven van Heleen houd. Mijn moeder kon niet zo goed met Heleen overweg. Heleen is erg impulsief, een klein vuurkindje. Mijn moeder houd van het verstandelijke, eerst nadenken, dan doen. Iets wat Heleen vaak vergeet. Maar ze had jouw vader, en de koningin van de kelken. En ach mijn moeder, ze probeerde Heleen vaak bij te brengen om wat verstandelijker te reageren, maar ze had wel respect voor Heleen. En Heleen had veel wijsheid in zich, maar het is anders dan op het vuurpaleis.

Koning staven heeft ook respect voor jouw Maria. Dat weet ik wel ridder, maar koning Staven is anders dan lucht. En ik ben lucht. Ik voel me lucht. Ik ben in lucht groot gebracht. Hoog in de wolken, wil ik wezen, hoog in de wolken wil ik zijn. En het vuurpaleis staat op de grond, in de warme woestijn, en dat is heel anders.

Dus koning Staven had er geen trek in dit jaar mijn vader te zijn? Weer een scherpe opmerking Maria. Hij vond het moeilijk, vooral omdat hij geen conflict wil met lucht. Lucht kan zijn vuur behoorlijk op dwepen, en dan kan mijn koning heel temperament vol reageren. Link noemde de koningin staven het. Beheers je man. Beheers je bij Maria. Gelukkig is Heleen er ook nog bij, anders zou het een ramp worden. Maar hoe moet ik dat doen vrouw, vroeg de koning aan de koningin. Hoe moet ik Maria benaderen? De koning en koningin keken elkaar aan. Geen flauw idee zei de koningin.

Ook jij was niet blij met koning staven als jaarkaart. In dikke koppen stond in onze krant gedrukt. Maria baalt van haar jaarkaart. Zij heeft koning staven een armzalig koning genoemd. Toen de koning dit las, stond zijn kroon roodgloeiend op zijn hoofd. Wat hij toen zei zal ik maar niet herhalen Maria. Je lacht. Ik kan me wel een voorstelling maken ridder Staven. Het was geen aardige opmerking van mij.

In ieder geval hij heeft jouw en Heleen uitgenodigd in het paleis. En jullie zijn gekomen. Ja ridder. Heleen zat meteen bij haar vader op schoot. We gaan dit jaar bij jouw wonen vader. Gezellig Heleen, zei de koning. Ook fijn dat jij er bent Maria. Ja ik heb het gehoord Maria, Je keek de koning aan maar zei niets. Je was ijzig stil.

Tja wat moet ik daarop zeggen ridder. Inderdaad had ik geen trek in het vuurpaleis. Maar na een paar dagen begon ik het toch gezellig te vinden. Het is zo lekker warm. De koning en Heleen kwebbelden heel wat af met de salamander. Maar je zei niet veel tegen de koning. Dagkaarten kwamen langs. Je moeder kwam langs, je vader kwam langs, en toch zei je niets. Tot het ongeluk op het luchtkasteel, en de man van bekers 7 langs kwam, toen probeerde je de zaak te gaan redden. Maar ik begrijp niets van de beker 7 kaart ridder. Het enige wat ik deed was in paniek raken. Het paleis was ingestort, ik wist niet wat er met mijn ouders was gebeurd. En ik moest de meest vreselijke kaart oplossen die ik in de hele tarotstok kan vinden. De koning zei niets, hij liet me maar aanmodderen met die beker 7.

word vervolgd


koning staven

Bekers 7 mijn grote struikelkaart Ridder, iets wat mijn verstand (lucht) niet kon bevatten. De koning en koningin waren in gevaar. En ik zat daar op het vuurkasteel, ik kon niets doen. 7 bekers gevuld met materie, hij lag omgekeerd dus alles viel eruit. Het zwarte schim, waar ik niets mee kon. Jouw koning die geen poging deed mij te helpen.

Hielp mijn koning jouw niet Maria? Wat had de koning moeten doen om je te helpen? Het blijft stil Maria. Ik weet het niet ridder. Ik weet het echt niet. In ieder geval  ik was boos. Boos omdat ik de zaak niet in de hand had. Beker 7 kaart gaat mijn verstand te boven. Het mysterieuze figuur, die maar vragen bleef stellen waar ik geen antwoord op bedenken kon. De nattigheid van de bekers, en de grote grijze wolk, die ik zag als mist. Mist of had ik iets gemist. Mist is vochtige lucht, ik zit in het vuurpaleis, (Vuur verwarmt mijn lucht, waardoor waterdamp ontstaat), waar ik niet hoor opgesloten met een nattige kaart. De 2 elementen die mijn lucht vertroebelen. De koning en koningin zwaarden waren niet meer bereikbaar, zij bungelde tussen hemel en aarde. Geen wonder dat ik bij Heleen achterop haar paard sprong, en ben afgereisd naar andere oorden. Wij noemen dat vluchten Maria. Mag ik ridder, mag ik vluchten. Volgens mij is het niet erg als ik vlucht, als ik maar niet in dingen (materie) vlucht. In ieder geval ik ging weer met Heleen op reis, nu nam zij mij mee, we arriveerde bij het hof van Eden. Daar zijn Heleen en ik uit elkaar gegaan. Heleen reisde verder, zij ging terug naar “onze vader”, ik bleef alleen achter. Toen ik Heleen niet meer kon vinden heb ik het topic gesloten.

Tja Maria, maar dit jaar was koning Staven niet alleen de vader van Heleen, maar ook jouw vader. Hij bleef je roepen. Klopt ridder, uiteindelijk heb ik dit topic voor de koning staven geopend. Verstandsverbijstering.  Ver-stand-ver-bij-ster-ing, hoe kon ik dat doen? Hoe dom kon ik zijn? De koning bleef maar roepen, ik probeerde het te negeren. Wie lag er onder het bed? Heleen of ik?

Ik moest natuurlijk iets doen. Ik had in een openbaar forum een topic geopend, iedereen had het gezien. Koning staven bleef roepen. Ik moest antwoorden. Maar wat moest ik zeggen. Koning Staven houdt u mond.

He Maria maar je was boos dat de koning jouw niet hielp! Nu ben je stil Maria. Komt mede omdat ik zit te eten ridder, en met volle mond praten is niet netjes. Smoesjes Maria. Maar het geeft me wel bedenktijd ridder. Maar inderdaad ik ben stil. Tegenstrijdige gevoelens, ik wil hulp van koning en toch ook weer niet. Klopt Maria, jij zou de hulp van koning staven nooit accepteren, je wilt zelf graag alles in de hand houden, mijn koning had dat heel goed door. Ze is zo anders dan Heleen, vrouw had hij tegen de koningin Staven gezegd, ze wijst me iedere keer af. Hoe kan ik nu de vader van Maria zijn. Hij heeft advies gevraagd bij koning Zwaarden. Beste collega sprak de wijze koning van de Zwaarden, Maria wil geen vader, Maria wil enkel en alleen een moeder. Al vanaf de dag dat ze hier arriveerde wees zij mij af. Ze is aardig tegen mij , maar haar vader ben ik niet. Waarom koning staven, ik weet het niet. Met mijn vrouw daarin tegen is ze dik bevriend, ze aanbid mijn vrouw.

Hmmm.  Ik wist niet dat de koning dit zo voelde. Inderdaad ben ik gek op de koningin. Maar is dat vreemd? Ik kwam aan op het luchtpaleis, ik was zwanger. Je gaat je eigen moeder gevoelens  ontwikkelen, en inderdaad ik had op dat moment behoefte aan een moeder. Maar het was niet bedoeling om de koning zwaarden af te wijzen. Ik was mij er niet van bewust. Dat weet de koning zwaarden Maria.

(stilte)

Lange stilte Maria. Ik denk na ridder. Maar vertel verder over de koning staven, wat deed hij na het onderhoud met de koning. Niks Maria, hij wist niet hoe hij je kon benaderen. Hij twijfelde aan zijn rol als jaarkaart. Hoe kan ik nou de jaarkaart van Maria zijn vrouw, zei hij tegen de koningin. Het lijkt wel of dit een foute rol is. Maar als iemand een kaart trekt. Ja man, dan kan het niet anders. Waarom heeft ze jouw niet uit de stok getrokken. Omdat Maria al een moeder heeft lieve man. Heleen heeft jouw als vader, logisch dat jij de vader van Maria moet vervullen. Tenslotte zijn ze 1.  Maria in het luchtkasteel, en Heleen in het vuurpaleis.

De koning trok zich terug in zijn vertrekken, zo’n moeilijke opdracht had hij nog nooit hoeven te vervullen.



koning staven

Goedemiddag koningin van  Zwaarden, moeder van Maria. Goedemiddag koning van Staven, vader van Heleen. Wees welkom op het luchtkasteel. Dank U wel majesteit. Mijn excuus voor het onverwachtse bezoek. Excuus aanvaard koning. Maar mag ik U vragen, welke reden dit bezoek heeft. De koning begint te blozen, Maria, ik weet niet hoe ik Maria het beste kan benaderen. De koningin kijkt de koning aan. Wie is Maria voor U koning? De koning kijkt vragend naar de koningin. Maria is Uw dochter koningin. Dit jaar heeft zij mij als jaarkaart getrokken, dus ben ik de aangewezen persoon om Maria te begeleiden. Dat klopt koning Staven, maar zullen wij eens terug gaan in de tijd. De koning knikt.

Wij beide waren op de hoogte, zegt de koningin, dat er 2 zieltjes zouden terug keren naar de aarde. 2 zieltjes die beide verbonden waren met het luchtkasteel en het vuurpaleis. U vond de 2 zieltjes in de sneeuw, ze waren onderweg. Het jongste zieltje herkende U meteen als koning van het vuur. Het zonnekind, hoewel ze nu erbarmelijk gekleed was. Uw dochter Heleen. Meteen stond Uw hart in vuur en vlam voor dit uitzonderlijke kind. Voorop liep het ander zieltje, Maria de vrouw van de Sterre. Rondom haar waren er nog maar heel kleine vuurvonkjes, die bijna gedoofd waren door de kou. U begeleiden de 2 onder hun reis, althans dat was de bedoeling koning Staven. Klopt koningin, ik was bij Heleen en Maria op de pentakels 5 kaart. Heleen merkte mij direct op, maar Maria keek niet op of om. Ze liep daar, ze had last van de kou, maar ze zei niets. ’s Avonds kwam Heleen naar mij toe, we speelde urenlang met elkaar, ik had direct een warme band met Heleen. Ze was mijn dochter, de dochter waar ik altijd naar verlangt heb. Maria kwam nooit, meestal probeerde ze op een beschutten plek te gaan slapen. Maria was zwanger koning van de Staven, de hele dag door de sneeuw heen strompelen, met een ongeboren kind, is een zware opgave. De koning kijkt naar de grond. Ik was zo verrukt van Heleen koningin, dat ik Maria niet voldoende opmerkte. Daar zegt U iets heel waars koning. U merkte Maria niet voldoende op. 

Maria en Heleen, kwamen aan in het luchtkasteel. Maria was door en door koud. Haar voeten waren bevroren door het lopen in de sneeuw. Ik blies koude lucht over Maria heen, warme lucht zou haar lichaam doen tintelen, en dit zou helse pijn tot gevolgen hebben. Ik bleef dicht bij Maria in de buurt. Zij had behoefte aan een moeder. In de ochtend beviel Maria van haar dochter. In totaal 3 kinderen op het luchtkasteel. Althans 2 kinderen en 1 jonge vrouw, want Maria kon je geen kind meer noemen, ze was zelf moeder. De koning kijkt de koningin aan, en knikt.

Maria en Heleen. Ze woonde bij mij op het luchtkasteel, maar gingen regelmatig bij U op bezoek. Heleen hoorde immers toe aan het vuurkasteel, en omdat Maria en Heleen niet gescheiden konden worden, waren ze samen. Heleen genoot van de bezoeken aan U paleis. U genoot ervan als Heleen langs kwam. Maar Maria voelde zich niet thuis op het vuurpaleis. Het warme welkom leek niet voor haar te zijn, alleen voor Heleen.

U vraagt mij hoe U Maria het beste kunt benaderen koning Staven. Mijn vraag daarop is “wie is Maria voor U koning Staven”.

koning staven

“wie is Maria voor U, koning staven”. De woorden gonsde door het hoofd van de koning. “wie is Maria voor U, koning staven”. Regelmatig had hij Maria arrogant gevonden. Arrogant, koppig eigenwijs. Koud en kil. Maar dat had de koning vaak ook gevonden van het Luchtkasteel. Zo anders als het vuurpaleis. Er was altijd koelte op het luchtkasteel, hoewel hij zich ook herinnerde dat er een warm lentebriesje kon hangen, maar zo gauw hij binnen kwam veranderde de temperatuur. Koning staven voelde zich allang niet meer thuis op het luchtkasteel. Toch had de koningin Zwaarden hem vandaag meteen ontvangen, hoewel zijn bezoek onaangekondigd was.

En Maria, wie was Maria. Heleen kende hij zo goed, maar Maria. Om eerlijk te zijn, hij werd onzeker van Maria. Haar plagerijen, hij wist nooit hoe hij daar op moest reageren. Het nadeel was dat zijn kroon altijd rood begonnen te glanzen als hij boos werd. Maria had dit donders goed door. En zij deed het erom. Als hij eraan dacht werd hij al kwaad.

Daar zat de koning in zijn paleis. Hij wist nog steeds niet hoe Maria te benaderen. Het gesprek met de koningin had hem wel wat duidelijk gemaakt. Zijn warmte had Maria niet bereikt. Maar lag dat aan Maria?

koning staven

Dag Maria. Dag koning staven, gezellig dat u langs komt. Ga jij nu weg ridder van de staven? Jammer het was zo gezellig. De ridder knikt, en trekt zijn paard naar de deur. Kom je nog een keer langs Ridder. Graag Maria, dank je wel voor de gastvrijheid. Zie je koning ik kan best aardig zijn, zelfs tegen een vuurkaart. Wat kijkt U serieus koning, is er iets. Nee Maria er is niets.

(stilte)

Kopje thee koning Staven? De koning geeft geen antwoord. Maria kijkt hem vragend aan. Wat herinner jij je van de tijd door de sneeuw Maria? Maria lacht, dat is lang geleden. Samen met Heleen. Het was een erbarmelijke tocht. Sneeuw zwiepte in mijn gezicht, ik had last van koude voeten. Heleen liep achter mij. En in mijn buik groeide mijn 1e kind. U was er ook koning, U speelde met Heleen. Ik was moe, soms te moe om voor Heleen te kunnen zorgen, hoewel ze een sterk kind is. Heleen vertelde mij regelmatig, dat het niet echt was. Ik wist dat, maar omdat ik de dochter van het lucht zou worden, moest ik het als  ervaren als echt. Ik moest pijn, verdriet, teleurstelling ervaren, om het te kunnen begrijpen. Anders zou het geen functie hebben. Ik was moe, mijn voeten waren zo koud. Zo intens koud. Mijn hele lichaam was koud. De sterren om me heen begonnen te doven. Ik wist dat ik op moest schieten, en Heleen treuzelde. Ik moest leren mijn geduld te bewaren. Gelukkig was U er, en zorgde U voor Heleen, zodat ik ’s nachts kon gaan slapen. Ik had dat zo nodig. Wat ziet U bleek koning. Het vuur lijkt wel uit U gedoofd. Jij zag mij Maria? Ja koning ik zag U. Het leek of je dwars door mij heen keek Maria, je keek nooit naar me. Lieve koning, U was daar ook helemaal niet voor mij. Dat was niet Uw functie. U was daar voor Heleen. Dat wist ik. Het licht van de zon mag nooit doven koning. U als vuurkoning moet dat weten! Mijn sterren zijn vonkjes, ja die zullen soms doven, maar iedere keer zullen er weer nieuwe sterren ontstaan. Tel de sterren, er zijn er oneindig veel, je zult nooit uitgeteld raken. Tel de zon daar is er maar 1 van.

Ik snap het verhaal niet meer Maria. Wat snapt U niet koning Staven.  Dit jaar ben ik jouw jaarkaart. Ik ben er om jouw te begeleiden, dit jaar mag ik jouw vader zijn. Ja koning dat weet ik. Jouw vader, snap je. Ja koning ik snap het wel. Maar misschien begrijp ik niet wat u bedoeld.

De relatie vader/dochter. Begrijp je me Maria. Uhhh ja en nee. Een vader, een kind kijkt op tegen haar vader. Ahhhh bedoeld U dat. U wilt dezelfde vader voor mij zijn als voor Heleen? Poeh koning daar moet ik even over nadenken. Hmmmm ik ben een volwassen vrouw koning. Volwassen kinderen hebben een andere band met hun vader. Een band op, laten we zeggen gelijkwaardig niveau.

Wat bent U toch stil koning. Maar Maria…….Ja koning staven. Ik doe mijn best om je vader te zijn. Dat weet ik koning. U doet het ook goed. U probeert mij al dagen lang uit deze toren te redden. Ik geniet ervan. 4 koningen, die hun uiterste best doen. Bij warme dagen ventileren ze koude lucht bij mij binnen. Heerlijk. Jij zit hier vast Maria, wij kunnen jouw er niet uitkrijgen. Wie zegt dat ik eruit wil? Maar jij zit vast in deze toren Maria. Dat moet geen prettig gevoel zijn. Koning is het niet opgevallen dat iedereen hier gewoon binnen kan komen? En dat iedereen ook weer uit de toren kan komen? De ridder is net uit de dezelfde deur weg gegaan, als waardoor hij binnen is gekomen. Dus ik neem aan dat er beneden gewoon een deur is. Is het dan niet mijn wens om hier boven vast te zitten?

Waarom kom je er dan niet uit Maria. Waarom kom je niet uit deze toren? Lieve koning, waarom ging ik naar de aarde? Waarom maakte ik de erbarmelijke tocht door de sneeuw? Schijnbaar wil ik iets ervaren. Schijnbaar vind ik dat dit nodig is in dit leven, anders zou ik het niet doen. Ik weet niet waarom, ik weet alleen dat het zo is. En dat accepteer ik.

Ik weet niet waarom ik naar de aarde ging. Ik weet alleen dat ik ging. Ik ben aan de reis begonnen, ik weet dat ik ooit terug zal keren. Maar ik weet niet welke lessen ik hier te leren heb.

koning staven

Vrijdag de 13-09-2013.kaarten bekers 4 hulpkaart staven ridder.

Ik kijk naar de jongen op de kaart, hij neemt de beker niet aan. Zijn armen over elkaar. Ik blaas mijn wangen vol lucht. Waarom neemt de jongen de beker niet aan. De jongen ziet me niet. Zijn ogen zijn gesloten. In de verte hoor ik een paard galopperen, en boem iemand botst tegen mijn rug. Ik draai me en zie de ridder staven. Hey ridder wel een beetje uitkijken waar je  rijdt. Sorry Maria, maar je weet hoe vurig mijn paardje is, en ehhhh.  Ja ja ridder het is al goed. Wat doe  jij hier Maria, in de buitenlucht. Ach ridder, de koningen weten dat ik het zeer prettig vond dat zij mij koele lucht toe bliezen, en ze zijn het beu. Gisterennacht is koning kelken naar mij toegekomen, na het onderhoud dat ik heb gehad met de koning Staven. We doen het niet meer Maria, dit is toch van de zotte. De hele zomer hebben we aan je toren gehangen, en maar malen en maar malen, terwijl jij prinsheerlijk  op je bedje lag. Prinsesheerlijk koning kelken! Hij keek me boos aan, maar meer heeft hij niet gezegd.  Gelukkig is het al september dus echte hete dagen zullen er niet meer komen. Dus ik dacht laat ik maar eens een luchtje gaan scheppen. Frisse wind zal me goed doen. Dus ben ik een stukje gaan wandelen. En jij ridder wat ben jij aan het doen. Ik ben natuurlijk gekomen om je te helpen Maria, ik ben vandaag je hulpkaart. Ach ja, even vergeten. Waar kijk je naar Maria. Ik kijk naar de jongen van bekers 4. Hij zit daar bij die boom, met zijn armen over elkaar, ziet me niet, hoort me niet. Dus ik blies lucht in mijn wangen, dat doe ik vaker als ik dingen niet weet. Wat weet je dan niet Maria.

Waarom die jongen daar zo zit. Wat is daar nu de functie van? En waarom neemt hij die beker niet aan. Goh dat jij je daar zo druk over maakt Maria. Als die jongen die beker toch niet wil, mag hij daar toch lekker zitten. Ja maar ridder de kaarten hebben wel een betekenis, dus als dit mijn dagkaart is ga ik nadenken. Is er een beker die ik niet aan wil nemen. Nou Maria is er een beker die jij niet aan wil nemen?  He ridder, dat weet ik toch niet! Sorry Maria, maar ik ben nu eenmaal je hulpkaart, en ik doe alles om je te helpen. Dat weet ik ridder staven, en ik vind het ook heel aardig van je. Maar is er een beker die ik niet aan wil nemen? Misschien wel ja. Misschien wel, maar ik weet ook niet wat er in die beker zit. Hmm dan is het raadzaam de beker niet aan te nemen Maria. Er gaan heel wat verhalen de ronde over foute bekers. Welke verhalen dan staven Ridder? Uhhh dat weet ik niet zo snel. Ik ken geen verhalen over bekers ridder. Om eerlijk te zijn ik ook niet Maria, maar ik wil je zo graag helpen. Dat is aardig van je ridder.

Maar ik heb je niet geholpen Maria, want je kijkt nog steeds bedenkelijk. Klopt ridder, maar dat doe ik wel vaker bij de kaarten. Welke beker wil ik niet aannemen, en waarom niet. Je vertelde me dat je gisteren bezoek had gehad van koning Kelken Maria, heeft hij je een beker aangeboden. Nee, ridder hij heeft me geen beker aangeboden. Hij was nogal verontwaardigd dat ik zelf uit de toren kon komen. Dus ik had geen beker nodig. Maar de koning Kelken had je wel graag willen helpen Maria. Toen jij vast zat in de toren, heeft hij jouw hulp aangeboden, om de toren om te krijgen. Heb jij die beker aanvaard?

koning staven

Dag Maria. Dag koning zwaarden.
(stilte)
Hoe is het met je? Ik kijk de koning aan en weet niet wat te antwoorden. Ik weet dat koningen niet blij zijn, door de reactie van koning Kelken over het toren gebeuren. Maar waarom de koning zwaarden langs komt, geen flauw idee. Het gaat wel goed koning antwoord ik. Je bent weer in de toren Maria. Ja koning hier woon ik. Dit is mijn toren, mijn klein kasteeltje. Waarom ga je niet terug naar het vuurpaleis Maria, of kom je terug naar het luchtkasteel. Ik denk na over de vraag. Geen zin koning. Ik voel me op dit ogenblik in beide paleizen niet op mijn gemak. En hier ben ik bij mijzelf. Maar ben je hier gelukkig Maria? Koning ik weet niet wat geluk is. Ben je boos op de koningen Maria. Ik lach naar de koning. Ik weet niet wat ik voel omtrent de koningen, koning Zwaarden. Ik ken U allemaal onvoldoende om iets te kunnen voelen. Misschien voel ik me in de steek gelaten door U. De koning kijkt me aan. Bedoel je nu mij of alle koningen Maria. Alle koningen, koning Zwaarden.

Vertel Maria. Ik haal mijn schouders op. Ik weet niet of ik het uit kan leggen koning Zwaarden. De 4 koningen, Noord-Oost-Zuid-West. Het goddelijke kompas, waarmee ik mijn weg zou kunnen vinden naar mijn vader. Mijn enige vader. Maar ik kan hem niet vinden. ik zoek nu al zolang en langzaam word ik moe van de reis. Ik zoek naar antwoorden, in de kaartjes in symbolen, maar overal loop ik vast.

De koude reis, hij staat in mijn geheugen gegrift. ik weet dat ik de reis zelf heb gemaakt, al weet ik niet waarom. het begin,de sterrevrouw. Ik had een goddelijke taak, die taak heb ik opgegeven om deze aardse reis te maken. Maar waarom koning van de Zwaarden? Wat was het hogere doel van deze reis. Ik ben hem vergeten. De liefdesaffaire met de man van de zegewagen. Waarom schrok ik daar zo van? Waarom  ging ik bij hem weg? Op de new vision kaarten zie een donkere  man en een vrouw met ontbloten rug achter de zegewagen aangaan. Ik schrok van het plaatje. Is dat de reden waarom ik ben weggegaan? Het voelde zo rot Koning. Op uw new vision kaart, ik  zie een baby achter de troon, en u spreekt 2 mensen toe. De mensen kijken beschaamd naar de grond. Achter de sterrevrouw, een fakkel. de betekenis van Heleen's naam. Was het allemaal voorbestemd? Heleen woonde in het hof van Eden, en inderdaad dat was niet het paleis van koning Staven. Toch herkende ik koning staven in de pentakel 5 kaart. Ik wist dat er hulp zou komen. Maar ik miste de andere 3 koningen. En als ze er waren, waren ze  in een harde vorm. Koud bevroren water, de harde aarde, en de ijskoude wind, waar ik mij tegen moest beschutten. U zegt niets koning Zwaarden.

Ik weet niet wat ik moet zeggen Maria. Inderdaad onze elementen zijn hard op de pentakel 5 kaart.
(stilte) ik kijk de koning vragend aan. Hij blijft zwijgen.

We zitten vast Maria. de koning kijkt me aan. Jij bent boos op ons, dat voelen we al heel lang. Maar ook wij kennen het verhaal niet Maria, Wij kennen alleen jouw en Heleen. En wij voelen jouw afkeuring, jouw hardheid, zoals jij onze hardheid hebt gevoeld op de penakel 5 kaart.